Bezem door Ministerie van Defensie

Zaterdag 5 juni 2010 - De kersverse Minister van Defensie, Csaba Hende (FIDESZ), heeft de bezem door zijn ministerie gehaald. Reden voor de personele wisselingen zijn volgens Hende de onvoldoende vakkennis van de leiding en de morele crisis waarin het Hongaarse leger verkeerd. Deze onthoofding van het leger was te verwachten. Reeds vorige week tijdens de hoorzitting van de parlementaire commissie voor defensie liet Hende zijn ongenoegen blijken over de huidige legerleiding en kondigde hij veranderingen aan.

Zoals bekend leed het Hongaarse leger onder enkele corruptieschandalen die vorige maand aan het licht kwamen. Hoofd van het Hongaarse leger, László Tömböl, mag per vandaag 5 juni vertrekken. Zijn plaatsvervanger Károly Hazuga mocht eerder al het ministerie verlaten. Hoofd van de militaire geneeskundige dienst, Madarász, en het hoofd van de militaire inlichtingendienst Kovácsics zien hun ontslag ook per 5 juni ingaan.

Tibor Benkő (*) wordt het nieuwe hoofd van de Hongaarse strijdkrachten. Samen met plaatsvervanger János Huszár ishet  zijn taak om het Hongaarse leger op te ruimen en slagvaardiger te maken. Volgens Hende is het Hongaarse leger niet in staat om haar taken naar wens te vervullen en verkeert het in een ernstige morele crisis. Hij stelt dat publieke gelden verkwist werden. Soms door corruptie, vaak vanwege ondoorzichtige structuren van het Ministerie en het gebrek aan controle verdwenen er aanzienlijke fondsen. "We dienen zo snel mogelijk de strijdkrachten, het imago van het leger op een hoger niveau brengen, en een militair carrière-model ontwikkelen" aldus Csaba Hende.

Van socialistische zijde is er zware kritiek geuit op de snelle personele wisselingen bij defensie. Zonder goede redenen, ondoordacht, slordig en overhaast noemde voormalig staatssecretaris Imre Iváncsik in een vraaggesprek met de Népszabadság het koppensnellen bij het ministerie. Iváncsik stelt dat hiermee het ware gezicht van het door premier Viktor Orbán voorgestelde Programma voor Nationale Samenwerking wordt getoond. Naar zijn weten is in deze zaak de mening van de legerleiding niet gehoord. Vorige regeringen legden dit soort ingrijpende veranderingen immers voor aan de parlementaire commissies. Nu is dit niet het geval aldus de politicus die er aan toevoegde dat hier in plaats van samenwerking de arrogantie van de macht zichtbaar wordt. Blijkbaar niet overal, want de nieuwe Minister van Binnenlandse Zaken, Sándor Pintér, maakt alsnog geen haast met het wisselen van de leiding bij de politie.

 (*) 15-06-0-2010 - Eerder stond hier fout de naam van József Kovács vermeld, het gaat dus om Tibor Benkő. (Red.)