Parlementslid Jobbik doet zeer foute uitspraken

Dinsdag 27 november 2012 - 'Het is tijd om vast te stellen hoeveel Joden hier wonen en welke parlementsleden en regeringsleden van Joodse afkomst zijn en een gevaar opleveren voor Hongarije.' Woorden van deze strekking sprak Márton Gyöngyösi, vice-voorzitter van de Jobbik, maandag in een parlementsvergadering uit over het conflict tussen Israël en de Palestijnen. De regering heeft in een persverklaring hiervan meteen afstand genomen en laten weten dat ze er alles aan zal doen om racisme en anti-semitisme in Hongarije te bestrijden.

De partijleden van de extreem-rechtste Jobbik uiten zich wel vaker in racistische en discriminerende termen, maar binnen in het parlementsgebouw zijn ze er meestal voorzichtig mee. Gyöngyösi reageerde op een uitspraak van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, Zsolt Németh, dat Hongarije graag een vreedzame oplossing ziet voor het Israëlisch-Palestijnse conflict, omdat het ook Israëlische burgers met een Hongaarse nationaliteit en de Joodse Hongaren en Palestijnen in Hongarije betreft.

Gyöngyösi, onlangs in het openbaar heel 'solidair' met een Palestijnse sjaal om, heeft op de website van de Jobbik partij alsnog een krom 'excuus' gemaakt waaruit blijkt dat hij niet begrijpt hoe de wereld in elkaar zit. Hij zei dat hij het misverstand betreurt en zijn excuses aanbiedt aan zijn Joodse landgenoten, maar dat hij enkel diegenen bedoelde die een dubbele, Israëlisch-Hongaarse, nationaliteit hebben. Dat zijn dan toch ook landgenoten zou je zeggen als je de Hongaarse wet op het dubbel staatsburgerschap kent. Hij benadrukte nog in zijn verklaring dat Hongaren niet bang voor de Jobbik hoeven te zijn, maar juist wel voor de zionisten uit Israël en voor hun dienaars in Hongarije.